Deel 14: Het plan
Hurt van Johnny Cash stond op. De gelijkenis met Van den Bovenkamps baritonstem was flagrant; enigszins rauw en doorleefd maar tegelijkertijd betrouwbaar en wijs. BJ had het tijd gevonden om Immanuel op te zoeken om met hem van gedachten te wisselen over Van den Bovenkamp. Het chocoladegehalte was hem te veel geworden.
‘Wat een super nummer is dit, van wie is het eigenlijk?' vroeg BJ.
‘Ken je klassiekers!' antwoordde Immanuel.
‘Het nummer doet me aan iemand denken.'
‘Het is Van den Bovenkamp, in zijn goede tijd toen hij nog country & blues zong. Ik dacht: laten we Hurt opzetten, je komt hier tenslotte voor de pijn van de chocolade. Of heb je iets anders op je lever?' vroeg Immanuel ironisch. Een hoge mate van ironie weerspiegelt nogal eens kleinhartigheid; de ironie als wapen van het te kleine hart.
‘Even serieus. Wat vind jij van Van den Bovenkamp?'
‘In eerste instantie was ik wantrouwig. Ik dacht dat hij kopieergedrag vertoonde. Na mijn droomsessie ben ik omgegaan, zijn ziel was zo zuiver als het bronwater van Voss.'
Spotify gaf meteen gevolg aan de door Immanuel aangehaalde engelreinheid; Hurt ging over in Personal Jesus.
Na een korte onderbreking - BJ liet zich de tekst van Personal Jesus welgevallen - kwam BJ ter zake.
‘Ik word gek van die vent.' BJ klaagde over Van den Bovenkamp maar in wezen was zijn klaagzang niet meer dan een vorm van zelfbeklag. ‘Kun jij niet een list verzinnen zodat ik eindelijk alleen kan zijn met het meisje met de chocoladebruine benen?'
‘Ik denk dat Van den Bovenkamp je geduld op de proef stelt,' antwoordde Immanuel.
‘Iedereen lijkt me met iets op de proef te willen stellen. En dat terwijl ik maar één ding wil; ik hoef niet zo nodig een goed gesprek met het meisje met de chocoladebruine benen.'
‘Van den Bovenkamp kennende zal er vast wel een bedoeling achter schuilen.'
‘We moeten gewoon een plan verzinnen om die Van den Bovenkamp en kozotten buitenspel te zetten. Weet jij nog niet iets leuks te verzinnen?' vroeg BJ bijna wanhopig.
‘Misschien moeten we mijn nieuwste aanwinst als soort van troef inzetten,' antwoordde Immanuel na een korte pauze. Juist op dat moment hoorden Immanuel en BJ geblaf aan de voordeur. ‘Daar zul je haar hebben,' vervolgde Immanuel.
Het was even stil en tot beider verbazing liep Lea met de honden langs alsof er niemand aanwezig was. Ze negeerde beide mannen volledig. De honden volgden haar voorbeeld.
‘Was dat Lea?' vroeg BJ. Zijn stem haperde na de kortstondige aanblik. Schoonheid als alarmbel van de liefde.
‘Waarschijnlijk is het al laat en wil ze snel naar huis,' verontschuldigde Immanuel zich. ‘Ze heeft iets met de zonsondergang.'
‘Denk je dat Van den Bovenkamp ook gevoelig is voor een type zoals Lea?' vroeg BJ.
‘Wel als ze goed wordt ingezet. Niemand kan om haar heen, al helemaal niet als de schemer is ingetreden.'
‘Hoe wil je zowel Van den Bovenkamp als de man met de dreads buitenspel zetten?' vroeg BJ angstvallig.
‘Laat dat maar aan mij over!'
‘Wat een super nummer is dit, van wie is het eigenlijk?' vroeg BJ.
‘Ken je klassiekers!' antwoordde Immanuel.
‘Het nummer doet me aan iemand denken.'
‘Het is Van den Bovenkamp, in zijn goede tijd toen hij nog country & blues zong. Ik dacht: laten we Hurt opzetten, je komt hier tenslotte voor de pijn van de chocolade. Of heb je iets anders op je lever?' vroeg Immanuel ironisch. Een hoge mate van ironie weerspiegelt nogal eens kleinhartigheid; de ironie als wapen van het te kleine hart.
‘Even serieus. Wat vind jij van Van den Bovenkamp?'
‘In eerste instantie was ik wantrouwig. Ik dacht dat hij kopieergedrag vertoonde. Na mijn droomsessie ben ik omgegaan, zijn ziel was zo zuiver als het bronwater van Voss.'
Spotify gaf meteen gevolg aan de door Immanuel aangehaalde engelreinheid; Hurt ging over in Personal Jesus.
Na een korte onderbreking - BJ liet zich de tekst van Personal Jesus welgevallen - kwam BJ ter zake.
‘Ik word gek van die vent.' BJ klaagde over Van den Bovenkamp maar in wezen was zijn klaagzang niet meer dan een vorm van zelfbeklag. ‘Kun jij niet een list verzinnen zodat ik eindelijk alleen kan zijn met het meisje met de chocoladebruine benen?'
‘Ik denk dat Van den Bovenkamp je geduld op de proef stelt,' antwoordde Immanuel.
‘Iedereen lijkt me met iets op de proef te willen stellen. En dat terwijl ik maar één ding wil; ik hoef niet zo nodig een goed gesprek met het meisje met de chocoladebruine benen.'
‘Van den Bovenkamp kennende zal er vast wel een bedoeling achter schuilen.'
‘We moeten gewoon een plan verzinnen om die Van den Bovenkamp en kozotten buitenspel te zetten. Weet jij nog niet iets leuks te verzinnen?' vroeg BJ bijna wanhopig.
‘Misschien moeten we mijn nieuwste aanwinst als soort van troef inzetten,' antwoordde Immanuel na een korte pauze. Juist op dat moment hoorden Immanuel en BJ geblaf aan de voordeur. ‘Daar zul je haar hebben,' vervolgde Immanuel.
Het was even stil en tot beider verbazing liep Lea met de honden langs alsof er niemand aanwezig was. Ze negeerde beide mannen volledig. De honden volgden haar voorbeeld.
‘Was dat Lea?' vroeg BJ. Zijn stem haperde na de kortstondige aanblik. Schoonheid als alarmbel van de liefde.
‘Waarschijnlijk is het al laat en wil ze snel naar huis,' verontschuldigde Immanuel zich. ‘Ze heeft iets met de zonsondergang.'
‘Denk je dat Van den Bovenkamp ook gevoelig is voor een type zoals Lea?' vroeg BJ.
‘Wel als ze goed wordt ingezet. Niemand kan om haar heen, al helemaal niet als de schemer is ingetreden.'
‘Hoe wil je zowel Van den Bovenkamp als de man met de dreads buitenspel zetten?' vroeg BJ angstvallig.
‘Laat dat maar aan mij over!'